Hoe kiest u een doseersysteem voor waterbehandeling en waar moet op worden gelet bij het doseren?
1. Hoe kiest u het doseerapparaat? Allereerst moet de gebruiker kiezen op basis van de branche en oplossing. Verschillende industrieën en verschillende oplossingen kiezen voor een verschillend doseersysteem.
Vervolgens worden, afhankelijk van de hoeveelheid oplossing die het systeem moet toevoegen, de geselecteerde specificaties (inclusief de parameters van de doseerpomp, het volume van de roertank, het volume van de schoonwatertank en de omstandigheden ter plaatse) bepaald, en vervolgens wordt de doseermethode bepaald op basis van de doseringssituatie en de doseringssituatie. Kies dan een geschikt automatisch doseersysteem.
Selecteer vervolgens het model op basis van het materiaal van elk onderdeel (roestvrij staal, koolstofstaal, niet-metalen materiaal), de parameters van het medicijn (naam, concentratie, temperatuur, dichtheid, viscositeit, corrosie, enz.) en het model van de doseerpomp.
2. Waar moet op worden gelet bij het doseren van het waterbehandelingsdoseersysteem? 1. Aangezien het huidige waterbehandelingssysteem omgekeerde osmose als hoofdproces gebruikt, is het belangrijkste gebruikte medicijn een kalkremmer. Wanneer u vervolgens de waterbehandeling en doseerapparatuur voor de eerste keer doseert, moet u erop letten dat u eerst de medicijndoos grondig schoonmaakt en dat u de aftapkraan aan de onderkant van de medicijndoos sluit. Na twee keer schoonmaken het water aftappen en dan voor de eerste keer net begonnen met doseren.
2. Let er bij het toevoegen van medicijnen aan de doseerapparatuur voor waterbehandeling op dat u de mixer aanzet en laat roeren zodat het toegevoegde medicijn en water gelijkmatig worden gemengd.
3. Zorg er bij het doseren voor dat u de snelheid en slag onder controle houdt. U kunt de doseerslag van de doseerpomp instellen door de instelknop van de doseerpomp tegen de klok in te draaien, zodat deze naar de overeenkomstige schaal draait en ervoor zorgt dat de slag aan de eisen voldoet.
4. Controleer na het toevoegen van het geneesmiddel regelmatig de waterbehandelings- en doseerapparatuur om er zeker van te zijn dat er geen lekkage in het doseersysteem optreedt. Als er een lekkage wordt gevonden, meld dit dan tijdig en neem onderhoud en aanvullende maatregelen.
5. De bediener moet de waterbehandelings- en doseerapparatuur op tijd controleren en de cyclus registreren. Let erop of de totale waterinname van de apparatuur overeenkomt met de dosering. Let er tegelijkertijd op dat de doseerhoogte en de wateraanvulling het gemarkeerde hoge vloeistofniveau niet overschrijden.